Van bedrijventerrein naar woonwerkgebied 

In Capelle aan den IJssel wordt bedrijventerrein De Mient herontwikkeld. Architect Sjouke Westhoff ontwierp de woningen en het appartementengebouw op De Nieuwe Mient, en projectontwikkelaar Puka kocht het aan. KVMC zou aanvankelijk adviseren over bouwfysica en brandveiligheid, maar dat werd meer.

In woonwerkgebied De Nieuwe Mient kunnen zich zowel ondernemers als bewoners vestigen. Vroeger was op deze plaats een scheepswerf en bij sommige nieuwbouwwoningen kun je nog wat van dat industriële verleden terugvinden. Het voormalige overslagterrein van de scheepswerf ligt achter de Hollandsche IJssel.

‘In eerste instantie werden we bij de ontwikkeling gevraagd voor bouwfysica en brandveiligheid’, legt Patrick Steenbergen van KVMC uit. ‘Er zijn echter aanvullende verzoeken bijgekomen om de BENG-berekeningen te maken en om een second opinion te geven op het installatieontwerp.’

De hoogbouw bestaat uit ruime appartementen, veelal met dakterras, weet Theo Versluis van KVMC. ‘In eerste instantie was bijvoorbeeld beoogd om de rioolbeluchting en afblaas van de ventilatie van de onderliggende woningen via de rand van het terras te laten lopen, maar in gezamenlijkheid is toch anders besloten. Ook zijn er in het appartementencomplex extra schachten aangebracht en is uiteindelijk gekozen voor een ander installatieconcept. De second opinion door ons is absoluut niet bedoeld als beter weten, maar het gezamenlijk nog eens kritisch tegen het licht houden. Zie het als een tweede paar ogen.’

Patrick: ‘Ook voor BENG kijken we of het woongebouw aan de energieprestatienorm voldoet. De architect moet bij het ontwerp van appartementen bijvoorbeeld rekening houden met het toepassen van glas en de hoeveelheid daglicht die binnenkomt. Ook qua brandveiligheid moet er een bepaalde hoeveelheid glas zijn, maar veel glas zorgt ook voor meer warmte. Ook is het toepassen van veel glas duur en kan het conflicteren met de BENG-regels. Aan de andere kant: te weinig daglicht is ook niet goed. Als alleen al op dit punt zoveel overwegingen zijn, is het duidelijk dat het fijn is als een extra paar ogen meekijkt.’

Theo vult aan: Het is goed om gezamenlijk vragen te beantwoorden als: wat vinden we van het gekozen concept, zijn de voor de installaties opgegeven bouwkundige voorzieningen toereikend, voldoet het ontwerp aan de eisen van de nutsbedrijven, zijn er optimalisaties, zijn alle prestatie-eisen omschreven en zijn ze ook goed omschreven? Een andere visie of invalshoek kan dan juist voor een boost zorgen.’

Onze blogs